De gemeenten houden een register bij van alle onbebouwde percelen in het woongebied (vermeld op de uitvoeringsplannen of plannen van aanleg en percelen waarvoor een niet-vervallen verkavelingsvergunning bestaat). Daarbij worden de individuele loten van de verkaveling geïdentificeerd.
Dit register vormt een grondbeleidsinstrument voor een efficiënt beleid inzake ruimtelijke ordening op alle bestuurlijke niveaus. Potentiële bouwgrondreserves die in aanmerking kunnen komen voor bebouwing worden in het register opgenomen.